Gemeenteraad Voorschoten

De fractie van het CDA heeft een burgercommissielid aangemeld, de heer Bas van Benschop. Hij wordt in deze vergadering beëdigd.

Er zijn bij de griffie geen voorstellen ontvangen tot wijziging van de voorgelegde concept-notulen. Voorgesteld wordt de notulen ongewijzigd vast te stellen.

Bij elke brief heeft de griffie een procedureel afdoeningsvoorstel geformuleerd. Aan de raad wordt voorgesteld overeenkomstig dit afdoeningsvoorstel te besluiten. Als de raad een brief op een andere manier wil afhandelen, kan dit voorafgaand aan of in de vergadering worden aangeven. Het afdoeningsvoorstel wordt dan gewijzigd. In de raadsvergadering is er voor raadsleden beperkt gelegenheid over de inhoud van een brief een enkele opmerking te maken of een enkele vraag te stellen. In de meeste gevallen kan een brief door het college van burgemeester en wethouders worden afgehandeld. De raad zal daarvan een afschrift ontvangen. In dat geval zal bij de afhandeling gelet worden op eventuele opmerkingen die in een raadsvergadering worden gemaakt. Het is niet de bedoeling dat de raad brieven uitvoerig inhoudelijk aan de orde stelt bij het agendapunt Lijst ingekomen stukken. Als een raadslid een brief inhoudelijk wil bespreken, kan dat verzocht worden met opgave van redenen en het doel van de bespreking. Een verzoek om agendering van een brief hoeft niet te wachten tot de raadsvergadering, maar mag op ieder moment ook bij de griffie worden aangemeld. De brief kan op de eerstvolgende - nog te versturen - agenda van de commissie worden geagendeerd, als de agenda dat toelaat, e.e.a. ter beoordeling van het presidium.

Een raadslid dat tijdens het vragenuurtje vragen wil stellen, meldt dit onder aanduiding van het onderwerp ten minste 24 uur voor aanvang van de vergadering bij de voorzitter. Het vragenuur is bedoeld voor vragen over actuele onderwerpen, die niet op de wijze als in artikel 39 kunnen worden gesteld, omdat de actualiteit dit vergt. Louter technische of informatieve vragen worden op een andere wijze gesteld.

De raadscommissies hebben geadviseerd de volgende agendapunten als hamerstuk te behandelen.

In artikel 13 lid 2 van de statuten van de Voorschotense Openbare Scholen (VOS) is opgenomen dat de gemeenteraad een zienswijze kan geven over de door de VOS vastgestelde jaarrekening. Het jaarverslag en de jaarrekening van de VOS over het jaar
2019 geven een positief beeld van de onderwijskundige en financiële situatie. De jaarrekening wordt afgesloten met een
positief resultaat.Het vaststellen van de zienswijze ligt voor ter besluitvorming.

In de statuten van stichting VOS is bepaald dat de gemeenteraad de leden van de raad van toezicht benoemt en ontslaat. De raad wordt voorgesteld mevrouw Overboom eervol ontslag te verlenen en mevrouw Bergen te benoemen.

Eind 2018 is er door de eigenaar van Voorstraat 17-19-21-23 een aanvraag gedaan om het achtererf achter deze percelen her in te richten. Doel is het aanleggen van een ondergrondse parkeervoorziening. Eind 2019 heeft het college besloten een vergunningsverleningsprocedure te willen starten. Echter is de vergunningsaanvraag strijdig met het geldende bestemmingsplan op deze locatie. Daarom mag het college de vergunning pas verlenen als de gemeenteraad, die bevoegd is om bestemmingsplannen vast te stellen, een verklaring van geen bedenkingen heeft afgegeven. Hiervoor is nodig dat er een goede ruimtelijke onderbouwing is voor de afwijking van het bestemmingsplan. Het is aan de raad om te beoordelen of de bijgevoegde ruimtelijke onderbouwing kwalitatief goed genoeg is om de verklaring van geen bedenkingen af te geven. Dit vraagstuk ligt voor met dit raadsvoorstel.

De gemeente Velsen heeft verzocht om toe te mogen treden tot de Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland (BSGR). Ook is een tekstuele aanpassing in de regeling voorgesteld. Het college van B&W heeft toestemming van de gemeenteraad nodig om de gevraagde stappen hiertoe te zetten.

Met dit raadsvoorstel wordt de strategie ‘Ruimte voor bedrijven in de Economie 071 gemeenten, ruimtelijke strategie bedrijventerreinen 2020-2030’ (rapport inclusief 3 bijlagen en een separate bijlage 4) ter vaststelling aan de gemeenteraad voorgelegd. De strategie bevat de regionale visie op bedrijventerreinen in de regio. Het betreft daarmee een strategie waaraan de gemeenten in de regio 071 zich verbinden. In de strategie is onder meer vastgelegd welke bedrijventerreinen de komende tien jaar kunnen transformeren naar woon-werklocaties; Voorschoten heeft geen bedrijventerreinen die hieronder vallen. Behandeling van het voorstel in de gemeenteraden van Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest en Zoeterwoude is ook in september/oktober gepland.

De huidige ‘Verordening naamgeving en nummering (adressen) Voorschoten’ is niet meer actueel en sluit niet meer aan op de huidige wetgeving. Hierdoor is een aantal technische wijzigingen nodig. Met het oog hierop ligt een nieuwe verordening ter vaststelling door de gemeenteraad voor.

De navolgende inhoudelijke agendapunten worden op de reguliere wijze als bespreekpunt behandeld.

Per 1 juli wordt de Wet inburgering gewijzigd. De gemeente krijgt hiermee nieuwe taken en verantwoordelijkheden, en krijgt tevens de regie over de inburgering. De Wet inburgering vormt daarmee een sterk contrast met de huidige Wet inburgering (2013), waarbij de inburgeraar zelf verantwoordelijk is voor zijn of haar traject. De gemeente speelt hier, zeker in verhouding tot het nieuwe inburgeringsstelsel, slechts een zeer kleine rol in.
De nieuwe Wet inburgering heeft als doel ervoor te zorgen dat de inburgering van nieuwkomers eraan bijdraagt dat zij zo snel mogelijk meedoen in Nederland, het liefst via betaald werk. Inburgeringsplichtigen bereiken het voor hen hoogst haalbare taalniveau en kennis van de Nederlandse maatschappij, in combinatie met gerichte inspanningen op participeren naar vermogen vanaf de start van het inburgeringstraject.
De raad heeft in 2019 besloten meer sturing te geven aan de onderwerpen waarover hij een besluit moet nemen. Dat betekent dat de raad aan het begin van het proces voor beleidsopstelling beslist over het proces van totstandkoming. Hieronder valt ook de rol die de raad voor zichzelf wenst en voor inwoners en belangstellenden. Eventueel geeft de raad op inhoud kaders mee aan het college voor het op te stellen beleid. Dit gebeurt door het vaststellen van een startnotitie. Deze ligt voor ter vaststelling.
Een aangepaste startnotitie naar aanleiding van de bespreking in de commissie is bijgevoegd.

De rekenkamercommissie heeft onderzoek gedaan naar toezicht en handhaving van de energiebesparingsplicht van bedrijven door de gemeente. In het opgeleverde rapport staan een aantal aanbevelingen voor zowel raad als college om beter toe te gaan zien op deze plicht. In de commissie WRG van 20 mei heeft de rekenkamercommissie het rapport toegelicht. Het rapport ligt nu ter inhoudelijke bespreking in de commissie voor. Hieraan is nog geen raadsvoorstel toegevoegd, omdat de commissie eerste met elkaar en het college van gedachten kan wisselen over het rapport en de aanbevelingen. Nadat in de commissie een beeld is gevormd over het rapport en de aanbevelingen, zal de griffie een voorstel schrijven voor het als dan niet overnemen van de aanbevelingen, met in achtenneming van de discussie in de commissie. Dit voorstel zal samen met de raadsagenda van 1 oktober worden gepubliceerd.

De geheimhouding van stukken die aan de raad onder geheimhouding zijn aangeboden moet in de eerstvolgende raadsvergadering worden bekrachtigd. Op de dag van de vergadering wordt bezien of een dergelijk besluit moet worden genomen.